Verladers en wegvervoerders kiezen steeds vaker het Container Transferium Alblasserdam van BCTN voor het containertransport van en naar Rotterdam. De containers worden ingeleverd en opgehaald door de truck in Alblasserdam en overgeslagen op een binnenvaartschip voor het transport naar de haven van Rotterdam. Zo vermijden verladers en vervoerders de drukke en daardoor kostbaardere route over de A15.
‘Hoe vaker en langer de A15 vol staat, hoe beter het voor ons is, al is dit wel wat gek om te zeggen’, aldus Joop Mijland, algemeen directeur van BCTN. Behalve over Alblasserdam beschikt BCTN over nog zes inland terminals. Een inland terminal fungeert feitelijk als een P+R, maar dan voor trucks. Inmiddels passeren ruim 750 containers per week de inland terminal in Alblasserdam. ‘Dat is twee keer zoveel dan in juni vorig jaar’, vertelt Mijland.
Keuze voor binnenvaart
Ook rijstverwerkingsbedrijf Van Sillevoldt Rijst heeft voor de overstap van weg naar binnenvaart via BCTN Alblasserdam gekozen. Dit op aanraden van Neele-Vat, de logistiek dienstverlener die de regie in handen heeft over het transport. Mijland: ‘Medewerkers van Neele-Vat zorgen ervoor dat de logistieke keten fulltime en automatisch wordt aangestuurd.’ De switch van transport over de weg naar transport per binnenvaartschip over 65 km vanaf Rotterdam Maasvlakte naar Alblasserdam is gemaakt om verschillende redenen. Eén daarvan is kostenbesparing. ‘De kosten van een stilstaande truck op de A15 kunnen flink oplopen als je je bedenkt dat een vrachtwagen 65 euro per uur kost’, verklaart Mijland. De tweede reden is vermindering van CO2-uitstoot. In totaal is de besparing van het transport via de weg naar binnenvaart 411.000 kg CO2-uitstoot per jaar.
Rijstroute
Het transport van rijst voor Van Sillevoldt Rijst begint in het Verre Oosten, in India en Pakistan. Daar zet een zeeschip met rijst in containers koers naar Rotterdam. Per jaar gaat het om 5.100 containers. Elke 20 voets container bevat ongeveer 20.000 kg rijst. Op de deepsea terminal op de Maasvlakte worden de containers uit het zeeschip gelost en vervolgens geladen op een binnenvaartschip. ‘Na het lossen van het zeeschip zien wij in het systeem dat wij delen met onze klanten welke containers we kunnen verwachten. Bij aankomst op de inland terminal lossen we de containers uit het binnenvaartschip en zetten ze op ons terrein. We houden een buffervoorraad tot Van Sillevoldt Rijst de containers nodig heeft in Papendrecht voor de verwerking van rijst tot eindproduct. Ook doen we de verplichte gasmetingen om te controleren op onwenselijke schadelijke gassen die vrij kunnen komen’, aldus Mijland.
Laatste kilometers
Op afroep van Van Sillevoldt Rijst rijdt een truckchauffeur de laatste vijf kilometer de containers met rijst naar het rijstverwerkingsbedrijf in Papendrecht. Door de voorraadhoudende functie die wij samen met Neele-Vat vervullen, komen de productielijnen niet stil te liggen bij Van Sillevoldt Rijst. Door de samenwerking tussen Neele-Vat en BCTN kan voor Van Sillevoldt Rijst CO2 en kosten worden bespaard en wordt de keten efficiënter aangestuurd.
Voor de nabije toekomst denkt Mijland ook aan de bouw van een nieuw distributiecentrum met een oppervlak van 25.000 m2 op een nu nog braakliggend terrein naast de inland terminal. Mijland: ‘Daar is nu al vraag naar bij onze klanten.’
Automatisch op de hoogte blijven van ontwikkelingen in de haven?
Schrijf je in voor een van onze nieuwsbrieven.
Geef een reactie