Archive for Port of Rotterdam

Warmtealliantie Zuid-Holland aan de slag met warmtenet

Persbericht

Vijf partijen hebben vandaag onder de naam Warmtealliantie Zuid-Holland een intentieverklaring getekend met als doel het gezamenlijk realiseren van een hoofdinfrastructuur die warmte moet gaan transporteren naar onder andere particulieren, tuinders en bedrijven in de provincie.

Havenbedrijf Rotterdam, Gasunie, Provincie Zuid-Holland, Eneco en Warmtebedrijf Rotterdam geven met dit initiatief een krachtige impuls aan de energietransitie in Zuid-Holland met een nieuwe, CO2-arme energievoorziening.

Het warmtenet bevindt zich op dit moment in een ontwikkelingsfase. Een gezamenlijk team van Havenbedrijf Rotterdam en Gasunie werkt nauw samen met de provincie en heeft aansluiting gevonden bij lopende projecten van Eneco en Warmtebedrijf Rotterdam.

Hieruit is Warmtealliantie Zuid-Holland ontstaan. De ambitie is nu om bestaande en nieuwe leidingen te bundelen in een hoofdinfrastructuur in Zuid-Holland. Er wordt toegewerkt naar een open transportnet met een onafhankelijk netbeheer waaraan elke warmte-aanbieder kan leveren.

De warmte die met het netwerk wordt getransporteerd, wordt uiteindelijk geleverd aan particuliere woningen voor verwarming en warm-watervoorziening, aan tuinders voor de verwarming van kassen, maar ook aan bedrijven die warmte gebruiken voor productieprocessen.

Voorzitter van het bestuurlijk overleg van de Warmtealliantie Zuid-Holland is Han Weber, gedeputeerde van de Provincie Zuid-Holland. Weber is uitermate enthousiast. “Dit project sluit naadloos aan bij de koers van de provincie. Wij hebben de ambitie vastgelegd om in 2035 de gebouwde omgeving energieneutraal te hebben, en de glastuinbouw in 2050. De inzet en het hergebruik van warmte wordt daarin cruciaal. Eerder deze maand hebben Gedeputeerde Staten al een voorstel tot de oprichting van het warmteparticipatiefonds van €65 miljoen aan Provinciale Staten voorgelegd, om naast de ontwikkeling van een hoofdinfrastructuur voor warmte bijvoorbeeld ook geothermie-projecten te steunen, en overtollige warmte uit de industrie nuttig te gebruiken in plaats van zomaar in de lucht te laten verdwijnen.”

Milieuprestatie

In de haven van Rotterdam is veel industriële restwarmte beschikbaar. Ook daarbuiten is een reeks projecten die kan worden ingepast, met daarbij ook duurzame bronnen als warmte uit geothermie-putten.

Een eerste inventarisatie geeft aan dat alleen al met de beschikbare warmte uit de haven van Rotterdam in potentie jaarlijkse ruim 500.000 huishoudens van warmte kunnen worden voorzien.

Daarmee is de milieuprestatie significant en van grote betekenis voor het bereiken van de klimaatdoelstellingen. Door de inzet en hergebruik van warmte kan immers het gebruik van fossiele brandstoffen voor warmtevoorziening worden vermeden. Dit leidt tot een belangrijke CO2-reductie.

De inzet van warmte uit kolengestookte elektriciteitscentrales is vanuit het oogpunt van duurzaamheidsambities en maatschappelijke discussies niet voorzien.

Backbone

De Warmtealliantie Zuid-Holland Gaat de komende tijd hard aan de slag om de ambities te verwezenlijken om uiteindelijk een backbone door het gebied te ontwikkelen waar vraag en aanbod op een slimme manier aan elkaar worden gekoppeld. Dit warmtenet gaat daarmee particulieren en ondernemingen een betrouwbare, betaalbare en duurzame warmtevoorziening bieden.

Energietransitie

Nederland staat voor de uitdaging om binnen 30 jaar de economie en de samenleving vrijwel CO₂-neutraal te maken. Hoe sneller we dat oppakken hoe beter.

 

‘Forwarders meet Barge’: ketensamenwerking neemt toe

Nieuws

Vandaag kwamen 60 professionals, forwarders en barge-operators, naar ons ‘Forwarders meet Barge’-evenement, waar de barge operators de nieuwste trends en ontwikkelingen pitchten.

‘Een goed initiatief, want in anderhalf uur hoor je wat de nieuwe ontwikkelingen zijn, vertelt Erwin Herfst, Country Ocean Freight Trade Lane Manager Export van Panalpina, na afloop. ‘Daarnaast ben ik erg geïnteresseerd in de mogelijkheden die Nextlogic biedt en Rotterdam Logistics Lab in de toekomst kan gaan bieden.’ Volgens Bert van Grieken, Director Multimodal van Nedcargo, zijn de gepitchte ontwikkelingen vooral aanvullend in plaats van concurrerend. ‘Mede door initiatieven als deze van het Havenbedrijf neemt de samenwerking in de keten toe. Vroeger was het bijvoorbeeld ondenkbaar om lading te bundelen op één schip’, aldus Maarten van der Valk, algemeen directeur van Danser. Van Grieken beaamt dit. ‘Een volgende keer komen we weer’, belooft Van der Valk.

Automatisch op de hoogte blijven van ontwikkelingen in de haven?

Schrijf je in voor een van onze nieuwsbrieven.

 

Onderzoek laat zien hoe Rotterdamse industrie kan voldoen aan klimaatakkoord Parijs

Persbericht

Het Wuppertal Institut heeft inzichtelijk gemaakt langs welke transitiepaden de Rotterdamse industrie haar CO₂-uitstoot drastisch kan reduceren en tegelijkertijd de producten kan blijven maken waar de samenleving naar vraagt, zoals brandstoffen en chemische producten. De belangrijkste uitkomst van het onderzoek is dat CO₂-reductie tot wel 98% haalbaar lijkt door gebruik te maken van een reeks verschillende technieken. Het onderzoek is gedaan in opdracht van het Havenbedrijf Rotterdam dat de ambitie heeft het havengebied tot koploper in de energietransitie te maken.

Allard Castelein, CEO Havenbedrijf Rotterdam: “Het onderzoek laat zien dat drastische CO₂-reductie mogelijk is en dat verschillende projecten waar we op dit moment aan werken heel goed in de uitgewerkte transitiepaden passen, met name de benutting van restwarmte en afvang en opslag van CO₂. Maar het rapport laat ook zien dat bedrijven in de komende decennia voor een groot deel op andere technologie moeten overstappen. De energietransitie is een proces van veel stappen, door veel partijen over een lange periode. Het onderzoek geeft aan dat het kan en is vooral een oproep om projecten te gaan starten. Klein beginnen en dan opschalen. Dat kan in Rotterdam, maar vraagt wel om een robuust lange termijn beleid en ondersteuning vanuit het Rijk en Europa.”

Het Duitse Wuppertal Institut für Klima, Umwelt, Energie heeft onderzocht welke mogelijkheden er zijn om de Rotterdamse industrie in lijn te brengen met het klimaatakkoord van Parijs. Sluiting van industrie is niet aan de orde, omdat de samenleving ook op lange termijn behoefte heeft aan allerlei chemische producten en brandstoffen. Transport kan deels geëlektrificeerd worden, maar voor de luchtvaart en de zeescheepvaart is dat vooralsnog lastig. Sluiting van industrie in Europa zou leiden tot import van dit soort producten. Per saldo leidt dat er alleen maar toe dat industrie naar elders verhuist en dat hier veel mensen hun baan verliezen. Transitie naar productie met een veel lagere CO₂-footprint is dus logische stap. Het Wuppertal Institut heeft daarvoor vier mogelijke transitiepaden uitgewerkt.

Vier transitiepaden

Het eerste is het Business-as-Usual scenario. Zoals de naam al zegt kent dit scenario geen grote trendbreuken. Verbetering van de efficiency van de industrie door toepassing van ‘best available technology’ zorgt voor minder uitstoot. Daarnaast is de verwachting dat de productie vermindert omdat de vraag naar brandstoffen afneemt. De uitkomst is 30% minder CO₂-uitstoot in 2050. Dat is te weinig om de klimaatdoelstellingen te realiseren. Het tweede scenario, Technological Progress, komt met 75% een stuk dichter in de buurt. Belangrijkste element hierin is grootschalige afvang en opslag van CO₂.

In twee andere transitiepaden lijkt op dit moment een CO₂-reductie van 98% haalbaar. Het ene is Biomass and CCS en leunt sterk op de toepassing van CCS gecombineerd met biomassa als grondstof voor chemie. Het laatste pad is Closed Carbon Cycle en focust sterk op het sluiten van kringlopen. Er worden nog wel fossiele grondstoffen gebruikt, maar deze worden bijna volledig gerecycled.

Combinatie

Elk transitiepad kent zijn uitdagingen c.q. bottlenecks, zoals de beschikbaarheid van voldoende biomassa, 100% afvang van CO₂ of een volledig hernieuwbare elektriciteitsopwekking. Bovendien kent elk transitiepad onzekerheden op technisch vlak. Dat maakt dat er niet één beschreven transitiepad zaligmakend is, maar dat uiteindelijk een combinatie van verschillende paden nodig zal zijn om het beoogde doel te halen. Ook geldt dat in alle paden een aantal dezelfde technieken voorkomen, zoals waterstofproductie door elektrolyse met duurzame elektriciteit (bijvoorbeeld van wind op zee), elektrificatie van industriële processen en benutting van restwarmte.

In het Rotterdamse havengebied wordt gewerkt aan een aantal projecten die in deze transitiepaden passen, zoals de ontwikkeling van een regionaal warmtenet, een demonstratieproject voor afvang en opslag van CO₂,(CCS) omzetting van plastic afval in chemicaliën (waste-to-chemicals), biobased brandstoffen en chemie, aanlanding van windenergie vanaf de Noordzee, waterstofproductie door elektrolyse etc. Dit soort projecten kan de economische vernieuwing van het Rotterdamse industriecomplex aanjagen.

In de energietransitie volgt het Havenbedrijf Rotterdam een én-én strategie. Het Havenbedrijf zet sterk in op de ontwikkeling van duurzame industrie zoals hernieuwbare energie, biobased productie en circulaire initiatieven. Tegelijkertijd werkt het Havenbedrijf met de bestaande op fossiel gebaseerde industrie samen aan een steeds lagere CO₂-footprint door bijvoorbeeld projecten om restwarmte te benutten en CO₂ af te vangen en op te slaan.

Energietransitie

Nederland staat voor de uitdaging om binnen 30 jaar de economie en de samenleving vrijwel CO₂-neutraal te maken. Hoe sneller we dat oppakken hoe beter.

 

AkzoNobel verduurzaamt chemiefabriek

Nieuws Akzo Nobel

In het kader van het Energieakkoord tekent AkzoNobel vandaag een 1-op-1 afspraak met het ministerie van Economische Zaken voor de verduurzaming van haar Rotterdamse fabriek. Eerder al tekende AkzoNobel twee soortgelijke afspraken met betrekking tot energiebesparingen in Hengelo en Chemie Park Delfzijl. Het bedrijf is daarmee koploper binnen het Nederlandse Energieakkoord.

AkzoNobel gaat investeren in zogeheten ‘zero gap technology’ voor haar chloorbedrijf in de Botlek. Door deze technologie is het energieverbruik voor de chemische processen in de elektrolysefabriek tot 10% lager. De innovatie in de Botlek levert jaarlijks een besparing op die vergelijkbaar is met het elektriciteitsverbruik van 26.000 huishoudens; bijna genoeg om het Rotterdamse stadsdeel Kralingen-Crooswijk* te voorzien van elektriciteit.

Minister Kamp, Economische Zaken: “Om te komen tot een CO2-arme economie in 2050 zijn initiatieven die leiden tot energiebesparing van groot belang. Het is goed te zien hoe AkzoNobel werkt aan innovatieve oplossingen om efficiënter om te gaan met energie. Een initiatief zoals zero gap technology draagt niet alleen bij aan de besparingsdoelen, maar verbetert de concurrentiepositie van de bedrijven door lagere energiekosten en zorgt zo voor een sterkere industrie in Nederland.”

Koploper

In het Energieakkoord zijn afspraken gemaakt over energiebesparing, schone technologie en klimaatbeleid. Dit is de derde 1-op-1 afspraak waarin AkzoNobel een energiebesparing vastlegt. Het bedrijf is daarmee koploper binnen het Energieakkoord met een potentiële jaarlijkse energiebesparing van 0,71 petajoule in 2023, gelijk aan een verlaging van CO2-emissies met 73.000 ton.

“De eerste stappen zijn gezet,” zegt Knut Schwalenberg, directievoorzitter AkzoNobel Nederland en Managing Director Industrial Chemicals. “Nieuwe initiatieven en samenwerkingsverbanden zijn nodig om een volgende, grote stap te maken in de verduurzaming van de chemische industrie en economie in Nederland. We moeten deze kansen grijpen en voortdurend zoeken naar nieuwe vormen van samenwerking. De ambities van AkzoNobel gaan verder dan het Energieakkoord. Nu al is 40% van ons wereldwijde energiegebruik duurzaam en in 2020 zal dit 45% zijn.”

Binnen AkzoNobel wordt voortdurend gekeken hoe het bedrijf meer kan doen met minder grondstoffen en energie. In 2016 sloot AkzoNobel een 1-op-1 afspraak voor de levering van restwarmte uit zoutproductie in Hengelo aan het lokale warmtenet. Eerder dit jaar ondertekende minister Kamp een tweede afspraak met AkzoNobel in Delfzijl, waar AkzoNobel kijkt naar slimmer gebruik van restwarmte van het chemiepark voor de zoutproductie.

Automatisch op de hoogte blijven van ontwikkelingen in de haven?

Schrijf je in voor een van onze nieuwsbrieven.

 

Havenbedrijf tekent MoU met Braziliaanse haven Pecém

Persbericht

Vandaag – 22 maart 2017 – tekent het Havenbedrijf Rotterdam een zogenoemde ‘memorandum of understanding’ (MoU) met de Braziliaanse staat Ceará. Het doel daarvan is het gezamenlijk onderzoeken van een potentiële samenwerking tussen de havens. Dat kan leiden tot de joint venture ‘Industrieel havencomplex Pecém’.

Haven Pécem Brazilië

De MoU past in het beleid van het Havenbedrijf dat er onder andere op gericht is om kansen te creëren in buitenlandse havens met groeipotentieel. Het Havenbedrijf heeft een succesvolle joint venture met het sultanaat van Oman voor het management en het ontwikkelen van SOHAR Port & Freezone. Daarnaast heeft het Havenbedrijf twee joint ventures voor het ontwikkelen van Porto Central in Brazilië en Kuala Tanjung in Indonesië. Tevens is het in meerdere havens actief als adviseur. In 2016 droegen de dochterondernemingen in Oman, Brazilië en Indonesië ruim 8,9 miljoen euro bij aan het financiële resultaat van het Havenbedrijf.

Brazilië

Het ‘Industrieel havencomplex Pecém’ ligt in de buurt van Fortaleza. Het is een bestaande haven waar in 2016 elf miljoen ton werd overgeslagen, voornamelijk kolen, ijzererts, containers en LNG.

Naast de haven van Pecém, is het Havenbedrijf Rotterdam momenteel ook bezig met de ontwikkeling van een andere Braziliaanse haven: Porto Central nabij Vitória in de staat Espírito Santo. Op dit moment is het project gericht op het verkrijgen van de benodigde licenties en het contracteren van klanten. De twee havens zijn onafhankelijk van en complementair aan elkaar. Ze liggen 2500 kilometer van elkaar, bedienen een ander achterland en zijn gericht op verschillende goederensoorten.

 

TEUbooker neemt Wayz over van Post-Kogeko

Nieuws

TEUbooker, de online portal voor het boeken van containertransporten binnen de haven van Rotterdam, heeft Wayz van Post-Kogeko overgenomen. Met de overname versterkt TEUbooker haar positie als synchromodale ketenregisseur binnen de containerlogistiek. TEUbooker is in november 2016 gelanceerd en heeft inmiddels voor diverse rederijen en terminals containers per binnenvaart, trein en truck uitgewisseld binnen de haven van Rotterdam.

foto: TEUbooker

Wayz is in 2011 gestart met de inrichting van een synchromodale Control Tower en heeft de afgelopen jaren een groot aantal groente- en fruitcontainers van de weg gehaald. 54% van deze containers zijn per binnenvaartschip vervoerd waarmee jaarlijks ruim 250.000 wegkilometers zijn voorkomen en 18.000 ton CO2 is bespaard.

De jarenlange ervaring van Wayz met het aansturen van koelcontainerstromen is een goede aanvulling op de propositie van TEUbooker. Wayz heeft nauwe contacten met verladers, ontvangers en expediteurs in het Westland en Barendrecht. Frans Swarttouw, Managing Director van TEUbooker over de overname: “In samenwerking met Wayz willen we een concrete bijdrage leveren aan de multimodale ontsluiting via de Reefer City Hub in de Eemhaven. De planningstool stelt opdrachtgevers in staat tot op het laatste moment containers bij te boeken op bestaande binnenvaartbewegingen. Hiermee wordt een groot gedeelte van de A15 ontlast wat een directe bijdrage levert aan de bereikbaarheid van de haven.”

Harald Lourens, Financieel Directeur van Post Kogeko: “Post-Kogeko zocht naar een partij die voor de koelcontainerstromen de onafhankelijkheid van Wayz ten opzichte van vervoerders en verladers meer invulling kon geven en benadrukken. Met de overname door TEUbooker wordt deze onafhankelijkheid versterkt. Hierdoor kan Post-Kogeko zich volledig richten op haar kernactiviteiten, waaronder containervervoer. Een win-win situatie voor zowel TEUbooker als Post-Kogeko.”

Lopende band over water

TEUbooker gaat containerstromen bundelen in de Eemhaven en deze bijboeken op de binnenvaart. Samen met aangesloten barge operators creëert TEUbooker een lopende band over water. Als neutrale ketenregisseur kunnen partijen met een gerust hart containertransporten boeken. Juist door het bundelen van reefers kan de binnenvaart grotere containerstromen van de Maasvlakte naar de Eemhaven varen en vice versa. Met de planningstool worden import- en exportstromen inzichtelijk gemaakt en slimme combinaties gezocht, zodat het equipment van rederijen efficiënter kan worden ingezet. Hans Nagtegaal, Director Containers Havenbedrijf Rotterdam: “Het Havenbedrijf Rotterdam feliciteert TEUbooker met de uitbreiding van haar portfolio. Het is een goede ontwikkeling die de effectiviteit en efficiency van de haven van Rotterdam verder vergroot.”

Modal shift

De containers worden vanaf de Reefer City Hub over de weg naar de eindbestemmingen in het Westland en Barendrecht gereden. Wegvervoerders kunnen hun wagenpark efficiënter inzetten en platrijden voorkomen. Swarttouw: “TEUbooker ziet de Reefer City Hub als eerste inland terminal waar we onze propositie gaan testen. Vanuit hier gaan we de komende maanden de eerste verder landinwaarts gelegen containerterminals aansluiten.” Met de TEUbooker tool hebben verladers en expediteurs direct inzicht in de mogelijkheden om containers per binnenvaart en spoor van en naar de zeehaven te vervoeren. In een persoonlijk dashboard volgt men de containers en (CO2) besparingen op de voet.

Over TEUbooker

TEUbooker is het online boekingsportal voor containertransporten van de haven van Rotterdam naar het Europese achterland. Het platform wil door middel van een overzichtelijke tool het boeken van containertransporten vergemakkelijken en het aandeel van de binnenvaart en spoor in de modal split vergroten.

Over Post-Kogeko

Post-Kogeko Logistics is een allround logistieke dienstverlener met meer dan 35 jaar ervaring in (geconditioneerde) foodlogistiek. Ons bedrijf is ontstaan vanuit een passie voor transport. Die passie heeft ons gemaakt tot wat we nu zijn: een toonaangevende logistieke dienstverlener die tot het uiterste gaat om klanten zo goed mogelijk van dienst te zijn.

Automatisch op de hoogte blijven van ontwikkelingen in de haven?

Schrijf je in voor een van onze nieuwsbrieven.

 

Havenbedrijf Rotterdam verwelkomt twee nieuwe commissarissen

Persbericht Havenbedrijf Rotterdam

Ruud Sondag en Ingrid Thijssen treden dit jaar toe tot de Raad van Commissarissen van het Havenbedrijf Rotterdam. Sondag doet dat per 1 april. Vanaf 1 september wordt de RvC verder versterkt met Thijssen. Zij vervangt Mel Kroon.

Ruud Sondag en Ingrid Thijssen

Ruud Sondag (1962) is goed thuis in de maritieme sector. Een flink deel van zijn loopbaan werkte hij bij de Koninklijke Nedlloyd Groep. Daarna maakte hij de overstap naar de Van Gansewinkel Groep, waar hij van 2001 tot en met 2012 als CEO aangesteld was. Hierdoor is hij tevens vertrouwd met complexe (overheids)aspecten ten aanzien van milieu en regelgeving. Vanaf 2012 is hij actief als ondernemer/investeerder. Daarnaast bekleedt hij functies in de Raden van Commissarissen van ProRail, de Faber Halbertsma Groep en Vebego; alsmede in de Raden van Toezicht van Scelta Mushroom en Omroep Brabant. Sondag studeerde Rechten aan de Universiteit Utrecht.

Ook Ingrid Thijssen (1968) studeerde Rechten aan diezelfde universiteit. Na een meer dan twintigjarige carrière bij de NS, die haar tot directievoorzitter van NS Reizigers bracht, verruilde zij in 2014 die positie voor Alliander. Bij dit netwerkbedrijf vervult zij binnen de Raad van Bestuur de rollen van COO en waarnemend CEO. Zowel haar werkzaamheden bij de NS als bij Alliander hebben haar een goed gevoel voor politiek-bestuurlijke verhoudingen en het afwegen van belangen binnen het publieke domein opgeleverd. Door het werk voor Alliander brengt Thijssen tevens diepgaande kennis en ervaring over de energiesector in. Energietransitie en innovatie zijn belangrijke uitdagingen voor het Havenbedrijf Rotterdam in de komende jaren.

In 2016 is Thijssen verkozen tot Topvrouw van het Jaar. Met ingang van 1 januari 2017 is zij lid van de Raad van Commissarissen van Coöperatie VGZ. Daarnaast is zij onder andere actief binnen de Raad van Toezicht van de Hogeschool Utrecht.

Vanaf 1 september bestaat de Raad van Commissarissen van het Havenbedrijf Rotterdam, naast Thijssen en Sondag, uit President-commissaris Rutger van Slobbe en de leden Robert Frohn en Miriam Maes.

 

HES International sluit meerjarig contract met BP en ontwikkelt tankterminal op de Maasvlakte bij Rotterdam

Persbericht

HES International ontwikkelt een tankterminal voor de op- en overslag van olieproducten en biobrandstoffen op de Hartelstrook, aan de zuidzijde van de Mississippihaven op Maasvlakte 1. Het internationaal opererende energieconcern BP - eigenaar van een grote raffinaderij in Rotterdam - heeft zich gecommitteerd aan het project, inclusief plannen voor pijpleidingverbindingen tussen deze raffinaderij en de terminal. Op het terrein van 27 hectare komen 52 tanks met een capaciteit van circa 1,3 miljoen m3. Het Havenbedrijf Rotterdam bouwt een kade van 1.100 meter voor drie grote of vijf kleinere zeeschepen. In de Hudsonhaven komen negen aanlegplaatsen voor de binnenvaart.

De HES Hartel Tank Terminal wordt een onafhankelijke opslagterminal waar klanten olieproducten op- en over kunnen slaan. BP heeft een meerjarig contract waarmee zij haar activiteiten in Rotterdam vergroot.
Jan Vogel, CEO HES International: “Met de ontwikkeling van deze ‘state of the art’ terminal speelt HES International in op de lange-termijn wensen van haar klanten. Tegelijkertijd realiseren we onze ambitieuze groeiplannen. Samen met de uitbreidingen op onze andere terminals, wordt onze positie als één van Europa’s belangrijkste bedrijven in de op- en overslag van droge en natte bulk producten door de ontwikkeling van deze terminal verder versterkt.”

“De investering van HES International past in de trend dat grote internationale spelers Rotterdam zien als een strategische locatie en daarom hier investeren en hun activiteiten concentreren. Daar zijn we blij mee, want die concentratie van activiteiten zorgt voor meer efficiency en dus een lagere footprint. Tegelijkertijd versterkt dit de concurrentiepositie van Rotterdam”, zegt Allard Castelein, CEO van het Havenbedrijf Rotterdam. “Deze nieuwe terminal past in onze strategie om tijdens de energietransitie zowel de bestaande sectoren in onze haven te blijven ondersteunen als ook nieuwe industrie tot ontwikkeling te brengen.”
Op de terminal worden zogenoemde 'clean petroleum products' opgeslagen zoals diesel, gasolie en benzine. Ook wordt het op de terminal mogelijk om producten te mengen, additieven toe te voegen en lading te homogeniseren. De tanks variëren in grootte van 5.000 tot 50.000 m3 en zijn geschikt om verschillende producten in op te slaan. Aan- en afvoer zal deels via pijpleidingen plaatsvinden, maar vooral via schepen. Aan de kade kunnen alle maten zeeschepen afmeren, zelfs VLCC’s (Very Large Crude Carriers) met een diepgang van 21 meter.

De afgelopen jaren is de overslag van olieproducten in Rotterdam sterk toegenomen. In 20 jaar tijd is het volume bijna vervijfvoudigd tot ongeveer 90 miljoen ton. Ontwikkelingen als de HES Hartel Tank Terminal laten zien dat deze trend, zeker voor ‘clean petroleum products’, nog niet ten einde is. Hier liggen onder andere de toenemende wereldwijde handel in olieproducten en verschillen tussen vraag en aanbod van olieproducten op de diverse continenten aan ten grondslag.

De investeringen in de terminal en de nautische infrastructuur bedragen samen enkele honderden miljoenen euro’s. De ontwikkeling van de HES Hartel Tank Terminal is goed voor directe en indirecte werkgelegenheid, zowel tijdens de bouw als de exploitatie. Bij de bouw van de terminal zullen enkele honderden mensen betrokken zijn. Na ingebruikname is de terminal 24/7 operationeel en biedt deze aan ongeveer 100 mensen een baan. Daar komt de indirecte werkgelegenheid nog bij.

De afgelopen maanden zijn er al twee informatieavonden voor bewoners van Oostvoorne geweest. De komende periode staat in het teken van het doorlopen van de vergunningprocedures. De terminal zal voldoen aan zeer hoge eisen op het gebied van veiligheid en milieu. Volgens de planning wordt de terminal in 2018 en 2019 gebouwd en zal deze naar verwachting eind 2019 gereed zijn.

Gezamenlijk persbericht HES International en Havenbedrijf Rotterdam

 

Barge of truck? Deventrade deed de test

Insight

Per spoor, over het water of toch over de weg. Veel bedrijven prijzen zich gewoon al gelukkig dat hun goederen van A naar B komen op de oude vertrouwde manier. Sportbedrijf Deventrade besloot echter de proef op de som te nemen en testte het vervoer per binnenvaartschip in plaats van over de weg. “De hoeveelheid werk die ermee gemoeid was, viel me enorm mee.”

Deventrade BV is een Deventer familiebedrijf dat in 1985 is opgericht en inmiddels is uitgegroeid tot één van de toonaangevende leveranciers van sportkleding en -accessoires in de Benelux. In het assortiment bevinden zich merken als Hummel, ballenmerk Derbystar (Official Supplier Eredivisie) en Stanno (volleybal, keepershandschoenen) en Reece Australia (hockey). Het familiebedrijf importeert jaarlijks zo’n 100 tot 125 containers met deze producten uit onder andere China, Pakistan en Turkije, die vervolgens uitgeleverd worden aan meer dan 700 sportspeciaalzaken en diverse sportverenigingen in Nederland en 4.000 sportshops in het buitenland.

Pilot

De containers worden aangevoerd via de Rotterdamse haven en gaan daarna per truck naar de 13.500 m2 grote magazijn- en expeditieruimte in Deventer. Vervoer over binnenwater heeft echter ook zo z’n bekoringen, die logistic manager Erik Jonker ertoe brachten om eens een pilot op te zetten met transport per binnenvaartschip. Jonker kreeg in deze pilot advies van Miranda Volker van Bureau Voorlichting Binnenvaart. Zij heeft een en ander onderzocht en aangezwengeld vanuit een provinciaal project om vervoer over water te stimuleren.

Goedkoper

Het schip voer met tien containers naar de containerterminal in Hengelo, want in Deventer kunnen geen containers gelost worden. De ‘last mile’ (van Hengelo naar Deventer) werd nog wel per vrachtwagen afgelegd. En? “Het wegtransport tussen Rotterdam en Deventer is relatief duur in verhouding tot de zeereis van China naar Nederland. Vervoer per binnenvaartschip is goedkoper”, aldus Jonker. Een ander voordeel is de flexibiliteit in de levering. “Met de terminal kan ik afspreken dat de containerlevering bij ons magazijn over een langere periode verdeeld wordt, zonder dat dit allerlei extra kosten met zich meebrengt.” Het mag bovendien duidelijk zijn dat vervoer over water zorgt voor minder drukke wegen en ook voor minder CO2-uitstoot. De nadelen? “Vervoer per binnenvaart is iets langzamer. Een container die per vrachtwagen vanaf de Rotterdamse haven komt, is de volgende dag al hier. Binnenvaartschepen varen niet elke dag. Maar voor ons is dat op zich geen probleem. Wij houden daar rekening mee in de planning.”

“Met de terminal kan ik afspreken dat de containerlevering bij ons magazijn over een langere periode verdeeld wordt, zonder dat dit allerlei extra kosten met zich meebrengt”

,

Nieuwe wereld

Concluderend wegen de voordelen op tegen de nadelen. Het is dan ook Jonkers intentie om vaker per binnenvaartschip te gaan vervoeren. “Laat je niet tegenhouden om het onbekende aan te gaan. Vervoer per binnenvaart was voor mij een relatief nieuwe wereld, maar de hoeveelheid werk die ermee gemoeid was, viel me enorm mee. Gewoon doen dus!”

 

Rotterdam als innovatiehub interactief op de kaart

Nieuws

Marktpartijen, kennisinstellingen en (semi)overheid zorgen samen dat innovatie in Rotterdam goed op de kaart staat. Maar welke partijen maken Rotterdam tot een innovatieve hub? Dat ziet u vanaf vandaag in het interactieve Rotterdam Innovatie Ecosysteem op www.portofrotterdam.com/innovatiehub.

Ecosystem innovatie

Het interactieve ecosysteem biedt inzicht in alles wat het Rotterdamse innovatie ecosysteem te bieden heeft. Zo kan de unieke positie die Rotterdam als innovatiehub en verbindende factor tussen haven en stad inneemt nog verder worden verstevigd. Door het beter op de kaart zetten en verbinden van partijen binnen het innovatie-ecosysteem en aan de stad, kunnen innovaties in de regio worden versneld en ontstaan er kansen voor het aantrekken van meer interessante partijen naar de regio. Zo kunnen we samen meer new business voor Rotterdam genereren.

Partijen verbinden om innovatie in de regio te versnellen

De interactieve infographic biedt overzicht op het innovatie ecosysteem in Rotterdam. In het overzicht ziet u de fysieke locaties waar innovaties tot stand komen, hoeveel en welke partijen bezig zijn met innovatie en wat de samenhang tussen de partijen is. Dankzij het systeem vindt u makkelijk en snel informatie en contactgegevens. Daarnaast maakt het systeem duidelijk waar u in welke fase het beste kunt aankloppen. De infographic wordt continu geactualiseerd met nieuwe partijen. Mist u een partij of vindt u dat ook uw organisatie in het overzicht thuishoort? Neem dan contact op via Innovation@portofrotterdam.com.

Het interactieve ecosysteem is een initiatief van de gemeente Rotterdam, het Havenbedrijf Rotterdam, Rotterdam Partners en het Erasmus Centre for Entrepreneurship. Samen zetten zij zich in om alle partijen in het Rotterdamse innovatie-ecosysteem te verbinden en versterken om zo innovatie in de regio te versnellen.

Rotterdam. Make it happen.

 
Advertisment ad adsense adlogger